body
'Tussen half december en half januari gebeurt er maatschappelijk of politiek of anderszins toch eigenlijk niks, dus niets is dan beter om een beetje bij een haardvuur te mijmeren, terug te kijken op de dingen en de gebeurtenissen, graag met een glas wijn bij de hand, plannetjes maken voor het volgende jaar en alles bij elkaar vooral gezellig, met elkaar, familie, vrienden, ingebed in een milde zweem van tevredenheid, melancholie en mooi verlicht door van dat mooie gele kaarslicht, ach u heeft het plaatje wel.
Dus niet. Hoe ik ook mijn best deed met toastjes en gezelligheid, eten en drankjes, verschillend samengestelde gezelschappen op verschillende locaties ... het mocht allemaal niet baten. Het was niet ongezellig hoor en we hebben het ons goed laten smaken, maar het werd toch niet meer als vanouds. Geen echte ontspanning, echt even helemaal los. Meer even een pas op de plaats, een nachtje rustig slapen, maar dan toch de volgende dag weer tijdig op en recht overeind om scherp te kijken wat er nu weer was gebeurd of zou kunnen gebeuren. Een 24/7 insteek die het afschakelen van techno-connecties waar ik zo op had gehoopt niet mogelijk maken. “Stom”, zult u misschien zeggen. “Bekijk het toch. Jouw invloed doet er niet toe”. Zoiets. En ja, u heeft een beetje gelijk. Maar toch, maar toch. Het echte afschakelen wilde ondanks al deze min of meer terechte opmerkingen en overwegingen maar niet lukken.
Sommige mensen menen dat 2016 het jaar van de grote omschakeling – het zogeheten Tipping-Point– is. Ze bedoelen dat dan impliciet positief. Na ruim vijfentwintig jaar praten, duwen, wegdoen, trekken, politiseren, verketteren, bejubelen en klussen aan duurzaamheid zou het dan eindelijk zover zijn: duurzaamheid wordt mainstream. Wordt gewoon onderdeel van het gewone, het alledaagse. We hebben het bereikt en zoals dat dan zo mooi heet, de rest is ‘history’. Is dat gelukt?
In alle oprechte eerlijkheid: ik geloof er geen snars van. Het afgelopen jaar heeft vooral een jaar van paradoxen, van nationale claustrofobie, van eigen volk eerst, van brul-apende mensen met macht laten zien die kennelijk absolutisme verkiezen boven effectieve democratie. Nee, maakt u zich maar niet te sappel: ik zie ook wel hoe ons democratische systeem aan vervanging toe is, maar dan wel door een ander democratisch systeem. En nee, ik heb ook geen toverdoos waar een-twee-drie hupsakee een klaar om te gebruiken nieuw systeem uit komt rollen. Was het maar waar. We zullen daar nog wel even aan moeten klussen, maar ik ben er vast van overtuigd dat daar dan een waardig en waardevol alternatief uit komt.
Maar niet alleen dat zit me dwars. Ik zie eigenlijk dat het hele institutionele bouwwerk rond politiek en zorg, milieu en economie of werk en vrije tijd (om maar een paar van de ‘grote’ thema’s te noemen), zoals dat door onze ouders na WO II met zorg in elkaar gezet en uitgerold is, aan het eind van zijn dagen komt. En niet alleen in Nederland, maar eigenlijk – en hoe pompeus het ook mag klinken – op wereldschaal.
Dus nuancering maakt plaats voor politieke brulapen op machtige stoelen, te verdedigen bescherming voor onzichtbaar terrorisme, de zaken als landen en volken samen oppakken maakt plaats voor een ‘eigen volk eerst’ mentaliteit; massaal vluchten mensen onder de meest dramatische omstandigheden weg, niet alleen vanwege hongersnood of droogte, maar ook omdat de ecologische omstandigheden een toekomst, hoe kaal en karig ook, niet mogelijk maken. En zonder wat dan ook goed te praten is het niet verwonderlijk dat mensen geen oplossing meer zien en door het lint gaan, vrachtauto’s inzetten als moordwapens of gewoon maar wat op een menigte in een stadion inschieten. En ik maar denken: “You ain’t seen nothing yet”.
Dus in retrospectief: het jaar 2016 was het jaar van het tipping-point. Niet omdat er een omslag heeft plaatsgevonden rond duurzaamheid, maar omdat we keer op keer, week in week uit, de kwetsbaarheid van onze kostbare samenleving(en) hebben mogen zien, verbonden met elkaar, hier en ver weg, wat nu gewoon om de hoek is geworden. Een samenleving waarin de contrasten zo groot zijn geworden dat mensen het domweg niet langer pikken en met geweld in opstand komen. En daar moeten we wat mee, u en ik.
Maar als ik heel eerlijk ben: ik weet niet zo goed hoe dat zou moeten. Waar moeten we dan beginnen en hoe pakken we dat aan? Weet u het? Dus als 2016 ons iets heeft geleerd is dat we met hart en ziel moeten inzetten op sociale en institutionele innovatie. Een grote maatschappelijk verbouwing. En maar gewoon ergens beginnen en zien hoe het gaat. Maar lastig vind ik dat wel. Dus zoals elk jaar wens ik u het allerbeste, maar er is nog wel een gemeenschappelijke klus bijgekomen: de Grote Maatschappelijke Verbouwing. Aan de bak dus, maar wel met de beste wensen'.
Jan Jonker.